Lees alle verhalen

Ale Sierksma:
“De bepalende rol van TBC in onze familie”

“Kort na de Tweede Wereldoorlog is bij mijn opa open TBC geconstateerd. Hij is enkele jaren ziek geweest. Hij heeft nooit in een sanatorium gekuurd. Hij is altijd thuis gebleven met verblijf gedurende een korte periode in het ziekenhuis. Daarna had hij een broze gezondheid en snel problemen met de longen. Aan de gevolgen van de ziekte is hij na een jaar of tien overleden.

Door opa is mijn jongere broer besmet. Hij kreeg ook open TBC. Hij verbleef als jongetje van twee eerst een jaar in het ziekenhuis in Kampen. Als wij hem opzochten, mochten we voor het raam naar hem zwaaien. Alleen mijn ouders konden naar binnen. Toen mijn moeder in dat jaar zwanger werd, mocht zij hem niet bezoeken; uitsluitend voor het raam naar hem zwaaien. Hij lag in een soort serre, omdat de zon bepalend werd geacht voor het genezingsproces. De genezing verliep niet vlot. Mijn broer moest kuren in Sonnevanck in Harderwijk. Hij verbleef daar anderhalf jaar.

Mijn vader ging één keer in de week op de fiets naar Harderwijk om mijn broer op te zoeken, tenzij het heel slecht weer was. 35 km heen, 35 km terug! Hij ging op zijn vrije middag. Mijn moeder ging ongeveer een keer in de maand naar hem toe met de bus. Een ommelandse reis: met de bus naar Wezep, overstappen op de bus uit Zwolle, waarop ze bijna een uur moest wachten. Soms ging een van de kinderen met haar mee.

In de laatste zomer van zijn verblijf in Sonnevanck huurden mijn ouders een kampeerboerderij in Harderwijk om dichter bij hem te zijn. Wij – zijn twee oudere broers – konden hem dan ook zien. Alleen door een ruit. Dichterbij mochten wij niet komen. Bang dat we besmet zouden worden.

Toen mijn broer zover hersteld was dat hij naar huis mocht, ging mijn vader hem met een taxi ophalen. Ik mocht mee. Mijn broer was niet op de hoogte van wat er buiten Sonnevanck was, behalve uit de prentenboeken die hij bekeek. Toen we onderweg een wei met koeien zagen, riep hij: “Kijk papa, allemaal levende honden”. Thuis gekomen moest hij wennen aan de huisregels en -gewoonten, die anders waren dan in Sonnevanck. Hij verzuchtte in het begin nogal eens “Ik wil terug”. Hij mistte ook zijn ‘vrienden’. Het heeft enkele maanden geduurd voor hij ‘thuis’ was.

Ons gezin heeft nog heel veel jaren controle gehad, totdat we allemaal zijn ingeënt. TBC bleef een rol spelen. Bij de keuring voor militaire dienst reageerde ik op de Mantoux-test, waarna ik voor herkeuring moest komen. Mijn broer die gekuurd heeft, is vanwege TBC afgekeurd. Gelukkig is mijn broer wel volledig hersteld. Hij heeft geen nadelige gevolgen van de ziekte ondervonden. Wat blijft? Een bijzondere familieherinnering.”

Sorry

De versie van de browser die je gebruikt is verouderd en wordt niet ondersteund.
Upgrade je browser om de website optimaal te gebruiken.